Stappen voor gebruik van warmteoverdrachtpapier

1. Plaats het warmteoverdrachtspapier op de warmteoverdrachtsmachine. 2. Stel de temperatuur van de machine in tussen 350 en 375 Kelvin en wacht tot deze de ingestelde temperatuur heeft bereikt. 3. Bedien de machine, selecteer het patroon dat u wilt afdrukken en klik op "OK". 4. Zorg ervoor dat het afgedrukte patroon op het warmteoverdrachtpapier volledig droog is. Knip langs de randen van het patroon af om overtollig materiaal te verwijderen. 5. Houd het warmteoverdrachtspapier bij de blauwe rasterrand vast en rek het papier vanuit elke hoek lichtjes uit om het gemakkelijk te kunnen ontvouwen. 6. Trek een driehoek van het warmteoverdrachtpapier af. 7. Trek het warmteoverdrachtpapier voorzichtig los van de blauwe achterkant van het raster. 8. Plaats de kant met het patroon van het warmteoverdrachtpapier op de aangewezen plek van het kledingstuk en zorg ervoor dat het vlak en glad is. 9. Bedien de machine om het overdrachtsproces te starten. 10. Verwarm gedurende 15-30 seconden. Zodra het transferpapier is afgekoeld tot kamertemperatuur, trekt u het in de tegenovergestelde richting uit een hoek. Opmerkingen: - Zorg ervoor dat de warmteoverdrachtmachine goed is gekalibreerd voor het type warmteoverdrachtpapier dat wordt gebruikt. - Volg altijd de instructies van de fabrikant voor het beste resultaat. - Ga voorzichtig om met warmteoverdrachtspapier, omdat het tijdens het overdrachtsproces erg heet kan worden.